Maar ik, ik roep tot God, de Here zal mij verlossen! Werp uw bekommernissen op de Heer, Hij zal voor u zorgen; Hij zal nimmermeer toelaten, dat de rechtvaardige wankelt! (Psalm 55:23)
De reus van teleurstelling heeft duizenden slachtoffers gemaakt in onze kerken. Onder gemeenteleden, maar ook onder gemeenteleiders. Het wordt tijd dat we hem op de juiste manier aan de kaak stellen en hem met de juiste wapens gaan bestrijden!
Koning David heeft op herkenbare wijze een lied geschreven waarin hij zijn diepe teleurstelling beschrijft over het verraad van zijn raadsheer Achitofel en de inwoners van Jeruzalem. Zij hebben de kant van prins Absalom gekozen, die in opstand is gekomen tegen zijn eigen vader. David laat ons in zijn hart kijken en legt uit wat dit met hem gedaan heeft, maar ook hoe hij deze teleurstelling heeft overwonnen. Want hoe moeilijk is het als iemand, een vriend nog wel die heel dicht bij ons staat, ons teleurstelt (of dat ik hem teleurstel)?
David beschrijft het bijzonder treffend: ‘Mijn tegenstander die mij belaagt, is geen vijand van buitenaf; dat zou ik nog wel kunnen verdragen. Het is niet iemand die mij altijd al haatte, die nu tegen mij opstaat, want dan zou ik nog wel een schuilplaats weten te vinden. Maar het is een goede vriend, iemand als ik die ik altijd heb vertrouwd. Wij gingen zo vertrouwelijk met elkaar om; samen gingen we met alle feestgangers naar Gods huis.’ (Psalm 55:13-15, HB)
Koning David zingt in deze psalm hoe onverdraaglijk deze teleurstelling voor hem is. Hij klaagt en kreunt, het maakt hem onrustig en angstig. Het kwelt hem meer dan hij verdragen kan. Maar dan ineens roept hij midden in de psalm uit hoe hij opnieuw een reus (van teleurstelling) heeft verslagen: ‘Maar ik, ik roep tot God, de Here zal mij verlossen! Werp uw bekommernissen op de Heer, Hij zal voor u zorgen; Hij zal nimmermeer toelaten, dat de rechtvaardige wankelt!’ (Psalm 55:23). David roept tot God. Hij zal hem verlossen van alle pijn en ontmoediging.
Pas er voor op dat je je teleurstelling op een verkeerde manier deelt met anderen om je heen. Mensen gaan zo gauw verkeerd om met wat je hen vertelt. Ze gaan met andere ogen naar die persoon kijken en vergeten dat achter jouw teleurstelling een verwond hart schuilt, dat niet op de juiste manier afstand kan nemen van wat je is aangedaan. God kan dit wel. Hij is mens geworden in Jezus Christus. Hij is net als jij en ik vaak teleurgesteld, maar nooit (helemaal nooit) ontmoedigd. Er is nooit iets geknapt bij Hem, zoals dit bij velen van ons wel het geval is (geweest). Daarom kan Hij, zoals Jesaja profeteerde, het geknakte riet versterken en herstellen.
Er is maar één Persoon waar we met onze teleurstellingen naar toe kunnen gaan: Jezus Christus. Laten we onze teleurstelling aan Hem geven (‘werp uw bekommernis op Hem’). Hij hoort onze stem en verlost ons op bovennatuurlijke wijze van de pijn, die de teleurstelling heeft veroorzaakt. Zelfs als er binnenin jou iets geknapt is, zelfs als je je passie voor Hem en je passie voor mensen bent kwijtgeraakt, kan Hij dit in jou herstellen. Jij bent voor jouw genezing helemaal van Hem afhankelijk. Van Hem alleen.
Stop ermee om God af te rekenen voor de mate waarop mensen jou teleurgesteld hebben. Besef dat jij eveneens vele anderen hebt teleurgesteld, vaak zonder dat je er erg in had. Laat Gods genade je vrijspreken van de schuld die jij anderen verschuldigd bent. Sta sterk in de genade naar de ander en naar jezelf. Begin hen die je teleurstellen te zegenen en wel te doen. Pas Gods genade toe op de ander en op jezelf, dan zul je elke reus van teleurstelling kunnen overwinnen!
Je wordt een kind van God door genade en je blijft een kind van God door genade. Genade is de enige manier om met andere christenen te kunnen omgaan. Niemand werd christen omdat hij zo perfect was. Niemand blijft christen omdat hij zo perfect is. We zijn allemaal buitengewoon zwakke mensen die continu Gods genade nodig hebben.