Helen Michell is getrouwd met Colin. Zij wonen in Israël en hebben twee kinderen geadopteerd die in hun jonge jaren trauma’s hebben opgelopen. Zelf heeft Helen verschillende pijnlijke situaties meegemaakt die je als traumatisch kunt omschrijven. Ze heeft het gevoel dat God haar heeft voorbereid om anderen te begeleiden op de weg van herstel. De komende drie weken wil Helen drie geloofsprincipes met ons delen, die ons door traumatische tijden heen helpen.
1) Leren hoe je in de omhelzing van de Vader kunt komen
Als het gaat om het overleven van trauma’s, zijn wettisch geloof en dode religieuze werken niet genoeg. We hebben intimiteit en genade nodig.
Als we de psalmen lezen, zien we dat zo veel psalmen het hebben over God als toevluchtsoord en veilige plaats. In de westerse wereld, waar maar weinig mensen de terreur hebben ervaren van het omringd zijn door fysieke vijanden (hoewel dit aan het veranderen is naarmate onze wereld gewelddadiger en instabieler wordt), is het gemakkelijk om de vele verwijzingen naar veiligheid te negeren.
Ik geloof dat veiligheid juist de kern van de evangelieboodschap is. Jezus kwam naar de wereld om een intieme relatie tussen ons en de Vader te herstellen die ons een ervaring van veiligheid zou geven op de meest diepgaande, verlossende en allesomvattende manier. De verlossing die God belooft in Zijn Woord verwijst niet alleen naar onze eeuwige bestemming. Het heeft ook diepe implicaties voor ons leven hier en nu.
Pas als we ons echt veilig voelen, zijn we volledig vrij om te leven. Pas als we ons echt veilig voelen, verliest de zonde zijn macht in ons leven. We worden niet langer naar afgoden gedreven op zoek naar veiligheid, troost of opwinding.
Als we een geloof hebben dat gebaseerd is op het hoofd, op het kennen van de juiste leerstellingen en de bijbelverzen om ze te staven, of als we een geloof hebben dat gebaseerd is op onze werken, op het uitvoeren van religieuze taken, dan zullen we het veel moeilijker hebben om stand te houden als de dagen donker worden. Als we een hechte relatie met onze Vader God hebben en Zijn liefde voor ons als een dagelijkse realiteit ervaren, zullen we fonteinen van levend water ontdekken in de woestijnseizoenen van ons leven.
Een dergelijke relatie met God is voor de meesten van ons niet gemakkelijk. Net als elke relatie heeft het werk en investeringen nodig. Het vereist vaak een lang proces van vertrouwen opbouwen. Als we tot geloof komen, hebben de meesten van ons diep van binnen het gevoel dat we niet goed genoeg zijn om geliefd te worden zoals we zijn. Vanaf onze vroegste jeugd wordt ons geleerd om maskers te dragen. We leren verschillende maskers op te zetten voor verschillende gelegenheden, hoe we de juiste dingen moeten zeggen, ons op de juiste manier moeten gedragen en het juiste uiterlijk moeten creëren om acceptabel te zijn voor anderen. Geloofsgemeenschappen zijn vaak niet anders. Kinderen groeien op met een uiterlijk geloof, maar in werkelijkheid dragen ze alleen maar een ander soort masker.
Voor de meeste mensen, zowel gelovigen als ongelovigen, is het idee dat we echt geaccepteerd worden zoals we zijn – met al onze eigenaardigheden en excentriciteiten, met al onze donkere en egoïstische gedachten, met al onze beschamende fouten en mislukkingen die we zelfs voor onszelf proberen te verbergen – heel radicaal. En ook best beangstigend. De meesten van ons geven de voorkeur aan de opgepoetste versie van onszelf. We voelen ons meer op ons gemak om tot God te komen in de overtuiging dat we iets belangrijks doen voor Zijn Koninkrijk of dat we van nature deugen dan dat we tot God komen in al onze menselijke zwakheid.
Het is een van de grote paradoxen van de menselijke aard dat we er allemaal naar verlangen om geliefd en geaccepteerd te worden zoals we zijn, maar toch willen zo velen van ons niet echt dat iemand – inclusief God – dichtbij genoeg komt om te zien wie we werkelijk zijn, omdat we ons zo schamen. Dus vullen we onze tijd met God religieuze rituelen. We hebben altijd het gevoel dat we meer zouden moeten doen, harder zouden moeten bidden, langer zouden moeten vasten. Was ik maar beter in al die geestelijke dingen, dan zou God me horen en mijn gebeden verhoren.
De apostel Paulus zegt in Romeinen 8:26-27: “Zo helpt ook de Geest in onze zwakheden. Want wij weten niet wat wij bidden moeten, maar de Geest zelf doet voor ons pleiten met onuitsprekelijke verzuchtingen. Hij die de harten doorzoekt, weet wat de gezindheid van de Geest is, want Hij doet voorbede voor de heiligen naar de wil van God.” Hier zegt Paulus, de grootste evangelist in de wereldgeschiedenis, dat het prima is om in totale zwakheid voor God te komen, niet wetend hoe of wat te bidden. Dit zou heel goed een beschrijving kunnen zijn van iemand die een trauma ervaart.
Trauma is per definitie een ervaring die ons natuurlijk vermogen om ermee om te gaan overweldigt. Het is iets dat te groot, te zwaar, te snel, te pijnlijk, te verwarrend en te langdurig is om onder controle te houden. Het is een gebeurtenis of een reeks gebeurtenissen die buiten ons normale ervaringsgebied vallen. Daarom hebben we er vaak geen woorden voor.
De wetenschap toont aan dat herinneringen die gevormd worden in tijden van traumatische stress in de hersenen worden opgeslagen als sensaties in plaats van als verbale herinneringen. Daarom herinneren we ons, als we een traumatische herinnering oproepen, vaak de geluiden, geuren, kleuren en de adrenalinestoot die we in ons lichaam voelden, maar we kunnen moeite hebben om alles samen te vatten in een samenhangend verhaal. Als we ons in tijden van trauma met God verbinden, hebben we misschien helemaal geen woorden – alleen kreunen, of misschien zelfs totale stilte. We moeten hier OK mee zijn en onszelf niet onder druk zetten om religieuze rituelen uit te voeren of om de juiste woorden te kennen om te bidden. In tegenstelling tot wat velen geloven, hoeven we niet altijd in voorbede te gaan als we het hevigst worden aangevallen: “In terugkeer en rust zult u gered worden; In rust en vertrouwen zal uw kracht zijn.” – Jesaja 30:15
In tijden van trauma is het belangrijkste wat we kunnen doen om ons in de omhelzing van de Vader te begeven en Zijn diepe troost toe te laten om onze ziel te doordrenken. “Je bent niet alleen,” fluistert Hij Zijn verloren en bange kinderen toe, “De strijd is van Mij en bij Mij ben je veilig.”