Uitstappen in geloof
Vlak voordat Jezus zou sterven vierde Hij het Pesachfeest met zijn discipelen in een bovenzaal. Hier sprak Hij de veelbelovende woorden: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie in Mij gelooft, zal de werken die Ik doe, ook doen, en hij zal grotere doen dan deze, want Ik ga heen naar mijn Vader. En wat u ook zult vragen in mijn Naam, dat zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt zal worden. Als u iets vragen zult in mijn Naam, Ik zal het doen (Johannes 14:12-14). Dit betekent niet dat wij op eigen houtje van alles in zijn naam moeten gaan ondernemen. Het betekent dat we in overeenstemming met Jezus – als Hij het zegt – uitstappen in geloof en gaan doen wat Hij heeft gezegd.
Deze woorden herinnerden Petrus aan de keer dat Jezus hen dwong om naar de overkant van het meer te varen. Hijzelf ging de berg op om te bidden. Toen ze een heel stuk het meer waren opgevaren en hoge golven hard tegen de boot sloegen, liep Jezus over het water naar hen toe. Toen ze Hem zagen schrokken ze. Ze schreeuwden het uit van angst en riepen: ‘Een geest!’ Maar Jezus zei: ‘Heb goede moed, Ik ben het; wees niet bang!’ Terwijl de anderen nog bijkwamen van de schrik vroeg Petrus vrijmoedig aan Jezus: Heer, als U het bent, geef mij dan bevel over het water naar U toe te komen(Matteüs 14:28). Jezus zag zijn verlangen en zei: ‘Kom!’ Voordat Petrus over water zou wandelen zei hij niet: ‘Heer, ik kom naar U toe!’ Nee, hij wilde eerst een woord van Jezus ontvangen: Heer, als U het echt bent, zeg dan dat ik over het water naar U toe moet komen.’ Jezus zei tegen hem: ‘Kom naar me toe!’(Matteüs 14:28-29, BGT). Op dat moment ontving Petrus van Jezus een woord van geloof om over het water naar Hem toe te lopen. Niet het geloof van Petrus in Jezus maar het geloof van Jezus in Petrus stelde hem in staat te doen wat Jezus zei. Het onmogelijke gebeurde. Petrus liep over water omdat het woord van Jezus een vaste grond (hupostatis) onder zijn voeten was. Hij liep over vaste grond nadat Jezus had gezegd: ‘Petrus, kom!’ Het water hield Petrus, totdat zijn blik zich verplaatste van Jezus naar de golven. Hij twijfelde en begon te zinken: ‘Heer, red mij!’ Meteen greep Jezus Petrus vast en zei: ‘Waarom twijfel je? Is je geloof dan zo klein?’
Als God je de gave van geloof voor iets of iemand geeft, dan voelt dat ook als lopen over water. Onthoud goed dat je niet over water kunt lopen op basis van jouw geloof in God, maar op basis van het geloof vanGod in jou; omdat Gods Geest je gezegd heeft het te doen. Je hebt niet het recht om een ‘woord’ te kiezen dat bij je past, en dan proberen het tot stand te brengen. Petrus vroeg te midden van de storm om een woord van de Heer. Pas toen durfde Hij uit de boot te stappen. Uitstappen in geloof betekent niet genoeg geloof verzamelen om te doen wat Jezus deed. Uitstappen in geloof betekent dat je uit je twijfel en je angst om te falen stapt, wanneer God je de gave van geloof geeft. En dat je gaat doen wat God gezegd heeft. De les van Petrus is om je ogen op Jezus gericht te houden en Hem te blijven vertrouwen. Toen Jezus hem vroeg: ‘Waarom twijfel je? Is je geloof dan zo klein?’ deed Hij een appèl op het geloofsvertrouwen van Petrus. De gave van geloof vraagt altijd om een stap in geloof, door Jezus meer te vertrouwen dan je verstand en twijfel aangeven: ‘Zal het gaan zoals God heeft gezegd?’ ‘Wat als er niks gebeurt?’ ‘Misschien heb ik het niet goed gehoord.’
Uit het boek: Groeien in geloof (nieuw!)