Sommige christenen geloven dat, op basis van wat Jezus aan het kruis heeft volbracht, wij honderd procent recht hebben op genezing hier op aarde. Zij zeggen dat genezing in de verzoening is inbegrepen en trekken de conclusie dat iedereen die gelooft hier en nu volkomen lichamelijke genezing van God mag verwachten en ervaren. Genezing is volgens hen een door Jezus Christus verworven recht. We zouden onze genezing mogen claimen in zijn naam. Hieruit wordt niet zelden de onjuiste conclusie getrokken dat als mensen niet worden genezen er iets mankeert aan hun geloof of aan hun vermogen om zich de genezing ‘eigen te maken’.
Met andere christenen geloof ik dat goddelijke genezing door de verzoening tot ons komt. Verzoening is de basis voor onze genezing. Door het wonder van het kruis zijn onze zonden vergeven en kan de Heilige Geest in deze eeuw binnenbreken met tekenen van de volheid van het Koninkrijk van God dat op komst is. Maar dit betekent niet dat wij in de tussentijd genezing van elke lichamelijke ziekte kunnen garanderen. We kunnen goddelijke genezing nooit van God opeisen of claimen. Goddelijke genezing is een genadegave, we mogen het als een genadegeschenk van God ontvangen (1 Korintiërs 12:9). Anders zouden we de ziekenhuizen in kunnen gaan en alle zieken de handen opleggen en hen genezen. De rollen zouden zijn omgekeerd. Hierdoor zouden we de Heilige Geest tot onze dienstknecht maken. Hij zou moeten reageren op ons handelen. Wat in tegenstrijd is met Jezus die zei dat zelfs Hij niets van zichzelf kon doen voordat Hij het de Vader had zien doen (Johannes 5:19).
Verschil tussen bevrijding en genezing
De dienst van genezing en bevrijding zijn niet van elkaar te scheiden. Elke genezing is immers ook een bevrijding en iedere bevrijding is ook een genezing. Hoewel we genezing en bevrijding niet van elkaar kunnen scheiden, kunnen we ze wel onderscheiden. Als wij bidden voor bevrijding hebben we te maken met gegeven macht om te bevrijden. Als we bidden voor genezing hebben we te doen met geopenbaarde kracht om te genezen. Het is belangrijk het verschil te kennen tussen gegeven macht en geopenbaarde kracht om extreme theologie en excessieve praktijk te voorkomen. Het verschil wordt ook zichtbaar in de verschillende woorden die het Nieuwe Testament gebruikt.
Gegeven macht om te bevrijden
In verband met bevrijding van boze geesten wordt in het Grieks meestal het woord exousia gebruikt. Het wordt vertaald met ‘volmacht’, ‘autoriteit’ of ‘gezag’. Zo zegt Jezus dat Hij ons macht (exousia) heeft gegeven over de hele legermacht van de vijand en dat deze ons in geen enkel opzicht kwaad kan doen (Lukas 10:19). Deze autoriteit is ons altijd en overal gegeven.
Geopenbaarde kracht om te genezen
Waar in relatie tot bevrijding meestal het Griekse woord exousia wordt gebruikt, wordt in relatie tot genezing van de zieken meestal het Griekse woord dunamis gebruikt. Meerdere keren lezen we over Jezus dat er kracht van Hem uitging om mensen te genezen: ‘De hele menigte probeerde Hem aan te raken, want er ging een kracht (dunamis) van Hem uit die allen genas’ (Lukas 6:19, NBV). Waar Gods macht om mensen te bevrijden ons altijd en overal is gegeven, wordt Gods kracht om mensen te genezen alleen geopenbaard als de Heilige Geest dit wil en goedacht. Zelfs Jezus kon niet naar eigen believen over Gods kracht beschikken. In Lukas 5:17 lezen we dat – terwijl Hij bezig was de mensen te onderwijzen – er kracht van God was, zodat Hij kon genezen.
Waar Jezus ons altijd en overal de macht heeft gegeven om bevrijding van de vijand op te eisen, kunnen we nooit Gods kracht claimen om mensen te genezen. Het is ondenkbaar dat we voor Gods troon gaan staan en van Hem eisen dat Hij gaat genezen. De kracht om te genezen is een genadegave: een geschenk van God, waar we niet zondermeer over kunnen beschikken. In navolging van Jezus zijn ook wij afhankelijk van de Heilige Geest, die de gaven van genezingen uitdeelt waar en wanneer Hij wil.
Geen maakbaarheidsgeloof
Wij strekken ons in de naam van Jezus Christus uit naar heelheid van geest, ziel en lichaam, maar beseffen tegelijkertijd dat we in de tussentijd niet in een maakbare wereld leven. Noch de ontwikkelingen in de medische wetenschap, noch de dienst van genezing en bevrijding leiden tot maakbaarheid van het leven. Wij leven in een gebroken wereld waar we worstelen met gebroken dromen, gebroken gezondheid en gebroken harten. Er bestaat geen methode waarin mensen geleerd wordt de juiste stappen te zetten, waardoor al hun problemen worden opgelost.
Ieder mens is kostbaar, maar hij is bovendien kwetsbaar en sterfelijk. Wie gelooft in de maakbaarheid van geluk en voorspoed in zijn leven, ontkent de grimmige realiteit van het feit dat we leven tussen de hemelvaart en wederkomst van Jezus Christus en zal teleurgesteld worden. Wij mogen in deze ‘tussentijd’ proeven van de genezende ‘krachten van de komende wereld’ (Hebreeën 6:5), maar weten dat niet alle problemen worden opgelost, dat niet alle zieken worden genezen en dat niet alle zwakheden worden verholpen. De kerk is geen vrijstaat waar geen ziekte, lijden en dood voorkomt. Er bestaat in deze wereld geen ziektevrije zone. De dienst van genezing en bevrijding is geen maakbaarheidsgeloof dat leidt tot het denken in eenzijdige oplossingen van problemen of tot het willen controleren en beheersen van omstandigheden en situaties waarin mensen verkeren. Wie bidt voor de zieken weet zich ook geroepen om Gods liefde en barmhartigheid te delen met hen die lijden en met lichamelijke of psychische beperkingen moeten leven.
Wil je hier meer over weten?
Bestel dan het boek ‘Waarom grijpt God niet in?’