‘Wie zijn mond op slot houdt, waakt over zichzelf, wie zijn lippen hun gang laat gaan, stort zichzelf in het verderf ’  (Spreuken 13:3, NBV).Â
Als we ziek zijn en naar de dokter gaan, is vaak het eerste wat deze zegt: ‘Laat mij je tong eens zien!’ Aan onze tong kan de huisarts bepaalde symptomen van ziekten vaststellen die we hebben opgelopen, doordat we goed of slecht voedsel tot ons hebben genomen. Zoals dit geldt in lichamelijk opzicht, is dit ook het geval in geestelijk opzicht. De tong is onze identiteitskaart. Aan onze spraak kunnen mensen horen waarmee wij ons vanbinnen hebben gevoed.
Voor sommigen is hun hart meer te vergelijken met een pedaalemmer. Als je op hun tenen staat, gaat de klep open en ontdek je wat er allemaal in zit. Mensen die veelal negatief spreken, spreken dikwijls vanuit een verwond hart. Zij hebben steevast iets aan te merken op anderen en spreken overwegend negatief over mensen om zichzelf beter te voelen ten opzichte van die ander. Het is een negatieve en destructieve manier van zelfbevestiging. Ze voelen zich er niet echt beter door. Integendeel, ze raken meer en meer verstrikt in de vicieuze cirkel van negatief denken, spreken en handelen, waar ze ook zelf weer de dupe van worden. Uiteindelijk keren mensen zich van hen af, waardoor hun verwonde hart zich weer afgewezen voelt en het negatieve denken en spreken zich herhaalt.
Daarom waarschuwt en adviseert koning Salomo hen met de woorden: ‘Wie zijn mond op slot houdt, waakt over zichzelf, wie zijn lippen hun gang laat gaan, stort zichzelf in het verderf ’ (Spreuken 13:3, NBV). God wil dat we mensen die spreken vanuit een verwond hart, in liefde een spiegel voorhouden, zodat zij hun ongelukkige hart niet langer hoeven te camoufleren met negatieve woorden over anderen. Maar wat kan het voor een verwond hart moeilijk zijn om pijn uit het verleden los te laten!
Een vertwijfeld hart
Mensen met een vertwijfeld hart zijn onzeker en durven God en mensen moeilijk te vertrouwen. Hun negatieve woorden zorgen ervoor dat de dingen waar ze van dromen nooit uitkomen.
Een ontmoedigd hart
Mensen met een ontmoedigd hart hebben het geloof in God, zichzelf en de ander grotendeels verloren. Ze gaan er bij voorbaat al van uit dat de dingen weer fout zullen gaan. In hun spreken naar anderen zijn ze niet bepaald bemoedigend en stimulerend.
Een ongelukkig hart
Mensen met een ongelukkig hart voelen zich nutteloos en waardeloos. Zo spreken ze over zichzelf en over anderen, waardoor ze mensen van zich afstoten.
Een pessimistisch hart
Mensen met een pessimistisch hart zien alle dingen in het leven van de sombere kant en dat blijkt ook uit hun woorden. Ze hebben het altijd over de negatieve eigenschappen van iemand en over alle moeilijkheden die zouden kunnen ontstaan.
Een cynisch hart
Mensen met een cynisch hart wantrouwen elke goede bedoeling en bijten met wrange humor van zich af. Hun scherpe woorden verhullen het verbitterde hart van een teleurgestelde idealist.