Het herdersleven was een zwaar en hard leven. De herder werd blootgesteld aan allerlei ontberingen en gevaren. Overdag moest de herder de hitte verdragen en ’s nachts de kou. Hij deed vaak geen oog dicht omdat dieven de schapen wilden stelen. Hij was dan ook niet voor niets gewapend met een stok en een staf. Zo kon hij de schapen veilig door het dal van diepe duisternis leiden. Hij bezat een stok om de vijand te doden en hij had een staf om de kudde te hoeden.

De stok was meestal gemaakt van taai eikenhout, zo’n zestig centimeter lang en aan de bovenkant zat een verdikking zo groot als een sinaasappel. Het was het belangrijkste verdedigingswapen voor hemzelf en zijn schapen. Met dit wapen kon hij als het nodig was een leeuw of beer doden. Naast een stok had de herder een staf bij zich. De staf was een heel ander stuk gereedschap. Het was een rechte stok van wilgenhout en ongeveer 1.80 meter lang. Het uiteinde van de staf was in de vorm van een halve cirkel gebogen. De manier waarop de herder zijn staf gebruikte liet zijn zorg en liefde voor de kudde zien. Hij gebruikte de kromming van zijn staf bijvoorbeeld om een afdwalend schaap weer terug te leiden naar de kudde. Of om schapen die in gevaar waren uit hun benarde situaties te halen. En in het dal van diepe duisternis, waar je geen hand voor ogen zag, tikte de herder voortdurend met zijn staf op de grond om de schapen richting te geven. Zo wisten de schapen dat de goede herder dicht bij hen was.

De herder kende zijn schapen. Aan het einde van de dag gebruikte hij zijn stok om de vacht op verschillende plaatsen uit elkaar te halen en zijn handen over het lichaam van het schaap te laten gaan, op zoek naar wonden, huidziekten en gebreken. David zegt dat op eenzelfde wijze de stok en de staf van de Goede Herder ons vertroosten. Het oud-Nederlandse woord troost betekent oorspronkelijk ‘bemoediging’, ‘hoop’, ‘hulp’ en ‘vertrouwen’. De Nieuwe Bijbelvertaling vertaalt het Hebreeuwse woord chamóenie dan ook terecht met ‘moed geven’: ‘Uw stok en uw staf geven mij moed.’

De stok is het Woord van God. De staf is de Geest van God. Het Woord van God is geen stok om de schapen mee te slaan, maar om de schapen te bemoedigen, te ondersteunen, te corrigeren, te reinigen, te beschermen, te sturen en te leiden. De herdersstaf verwijst naar de Trooster, de Heilige Geest van God. Door de Heilige Geest trekt Christus jou dicht naar zich toe. Hij laat met het ‘tikken van de staf’ horen dat Hij met je is en je leidt. Het Griekse woord voor Trooster is parakletos dat ook ‘helper’ of ‘bemoediger’ betekent. Letterlijk betekent het: ‘Iemand die langszij komt, die bij je is en met je meeloopt, die de last voor je draagt.’ Toen je tot geloof kwam en opnieuw geboren werd kwam de Heilige Geest in je wonen. De Heilige Geest is de plaatsvervanger van Jezus. Hij is de Geest van Jezus. Hij is Jezus in jou. Dichterbij dan dichtbij kan de Goede Herder niet komen. Hij woont in jou en Hij blijft bij jou. Hij is je Helper en je Bemoediger in alle seizoenen van het leven.

Kijktip: In deze serie wil Wilkin je helpen God te vinden, zelfs als je wereld in elkaar lijkt te storten. Als jij je zorgen maakt, geeft Psalm 23 je moed om je angst te overwinnen. Als je verdrietig bent, biedt de psalm je troost, zodat jij je weg kunt vinden door het dal van diepe duisternis. Als jouw werk je dreigt af te matten, dan wijst Psalm 23 je de weg hoe je weer op adem kunt komen. Ook jij staat er niet alleen voor. Er is Iemand die je kent en die voor je zorgt. Hij leidt je dwars door de moeilijkheden heen, het dieptepunt voorbij. Laten we samen in de leer gaan bij een man die wist hoe hij een reus tegemoet moest treden om hem te overwinnen.

Klik hier om de serie te bekijken op Vrij Zijn TV.

Cadeautip: In dit prachtig geïllustreerde geschenkboekje laat Wilkin van de Kamp je op verrassende wijze zien hoe de Goede Herder uit Psalm 23 omgaat met zijn schapen. Jezus is die Goede Herder. De psalm zegt niet dat je nooit iets kwaads zal overkomen, maar dat de Goede Herder in elke situatie bij je is. Hij brengt je nooit naar een plaats waar Hij niet eerst zelf is geweest. De Goede Herder leidt je door het dal van diepe duisternis, om de hoger gelegen weidegronden te bereiken. Hier nodigt Hij je uit om – voor de ogen van je vijanden – aan zijn tafel plaats te nemen. De tafel van de Goede Herder is de plek waar je tot rust komt, waar je geliefd wordt en waar je vol overtuiging het lied van de Herder zingt: ‘De Heer is mijn Herder, mij ontbreekt niets!’ Een absolute aanrader.